Zo gaat dat dus. Mijn vader werd opgenomen in het ziekenhuis en eigenlijk had ik de verwachting dat hij zou worden behandeld voor een hardnekkige buikgriep. Het bleek anders te zijn. Binnen enkele dagen werd hij in kritieke toestand overgebracht naar een ander ziekenhuis en inmiddels wacht hij op het moment dat hij weer naar huis mag. Om de laatste fase van zijn leven in te gaan. De artsen kunnen niets meer voor hem doen. Geen onschuldig griepje dus, maar een meedogenloze sluipmoordenaar van wie de schuilplaats weliswaar ontdekt is, maar die al te veel schade heeft aangericht om nog iets tegen zijn dodelijke inbreuk te kunnen doen.
Mijn hele leven lang weet ik dat mijn vader eens zal overlijden en dan plotseling is het moment daar, of in zicht. Wat een merkwaardig idee is dat en wat een merkwaardige tijd zijn wij plotseling in beland. Een tijd van hopen en huilen. Van geloven en berusten. Van vasthouden en loslaten. Van voorgoed afscheid nemen en elkaar de volgende dag gewoon weer begroeten. Sommige mensen verloren hun vader in één klap en hebben deze tijd nooit kunnen meemaken. Andere mensen verloren hun vader zonder het te merken, omdat ze deze tijd, bewust of onbewust, niet hebben genomen. Hun vaders werden na weken, maanden of soms zelfs jaren dood in hun woning gevonden. Dat zal ons niet gebeuren, denk ik. Daarvoor zijn wij, als familie, te groots met elkaar. Daarvoor willen wij te graag afscheid nemen. Op onze wijze. Soms met een harde grap. Soms met een diepe emotionele uithaal. Soms met elkaar. Soms alleen. Soms met een lach en soms met een van tranen verstikte stem. En soms gewoon iets te veel, waardoor we elkaar zelfs irriteren. Maar wat maakt dat uit? We nemen afscheid. Daar gaat het om.
Hoe geef je vorm aan deze vreemde periode die zich voor ons uitrolt in een ongewisse toekomst van weken, van maanden, of mag ik misschien wel denken aan een jaar? Mijn gedachten schieten alle kanten op. Kan ik al denken aan doodgaan als mijn vader vandaag, en waarschijnlijk morgen ook, gewoon nog leeft? Kan ik denken aan sterven als mijn vader weliswaar fysiek met de dag meer achteruit gaat, maar mentaal en verbaal onverwoestbaar en krachtig is? Wat betekent geloven nu eigenlijk? Is het vertrouwen op God Die natuurlijk kan wat de artsen niet kunnen? Kan ik het woord ongeneeslijk in de mond nemen en tegelijkertijd niets opgeven van dit vertrouwen? Of is geloven ook vertrouwen dat God ons draagt door lijden en sterven heen? Ik balanceer op twee boeien die vervaarlijk heen en weer deinen in een kolkende zee. Eén voet op de boei van geloof, verwachting, vasthouden en leven. De andere voet op de boei van berusting, loslaten en afscheid nemen.
In het afgelopen weekend is de storm in mijn denken even tot rust gekomen. Zolang wij leven, leven wij. Deze gedachte is het geheim van mijn rust. Waarom zouden wij sterven vóór onze tijd? Dit vraagt de Prediker zich af in het midden van zijn bespiegelingen over de eindigheid en ijdelheid van het leven. Leef zolang je leeft zou mijn titel boven zijn boek zijn. Deze turbulente weken zijn voor mij als het leven in een notendop. We weten dat het eindig is, maar niet wanneer het einde komt. We weten dat we zullen sterven, maar tot die tijd leven wij. Leven als werkwoord. Dat houdt mij al veel langer bezig, zoals blijkt uit de naam van mijn weblog. Een gedachte die al sluimerde in mijn tienerjaren. Ik herinner mij het fotoboek van het eindexamenjaar en mijn antwoord op de vraag naar mijn wens voor het leven. Het enige antwoord dat ik kon bedenken was: leven.
Gek genoeg is dat nou precies wat ik mijn vader in deze laatste fase zie doen. Hij leeft. Niet door een bucketlist aan onzinnige, ijdele verlangens af te werken. Nee, hij leeft door net als iedere andere dag zijn wortels uit te slaan in het Woord van God. Hij leeft door mijn moeder te beminnen met dezelfde en toch intensere tederheid als al die andere eenenveertig jaar. Hij leeft door te huilen om het verlies. Hij leeft door aan iedereen te vertellen over de Heer Jezus, net als altijd maar nu vanuit die wonderlijke dimensie dat hij Hem gaat ontmoeten. Hij leeft door tegen zijn kinderen en kleinkinderen te blijven getuigen van zijn rotsvaste vertrouwen in Hem. Hij leeft door nog zo graag te willen blijven. Hij leeft door los te laten, als de Heer hem thuis wil halen. Hij leeft, zolang hij leeft.
We weten niet hoe het nu verder gaat. Leeft mijn vader over een jaar, twee jaar, tien jaar nog? Hebben we nog slechts maanden of weken samen? We hebben wel vermoedens, maar we weten het niet. We leven. Volgt er nog een wonder? We geloven, wachten en verwachten. We leven. Blijft het wonder uit? We denken aan het komende gemis. We huilen. Zo gaat dat dus. We leven.
Mark-Jan, heel veel kracht , vrede maar vooral Gods nabijheid toegebeden. Fijn dat je dit bericht gestuurd hebt. Niet dat ik blij ben met het bericht, maar dat ik Mee kan Leven. Dat mijn gebeden heel onverwachts voor je vader en alle dierbaren om hem heen zullen zijn . Ik hoop en bid dat je overdenkingen over het leven positief verdergaan. Weet dat je vader een geweldige nalatenschap zal hebben. Dat hij zijn (geloofs-) vuur op mij heeft weten over te brengen op een manier , dat het bij mij nog steeds niet gedoofd is. Ik ben God dankbaar dat ik je vader (en jou) heb mogen ontmoeten en een poos mee heb mogen lopen op jullie levensweg.
Hartelijke en liefdevolle groet aan je vader en familie.
Cor Temmer, ‘oud ETS-student’
Dank je wel, Cor. Ik zal je woorden doorgeven aan mijn vader. Hij is nog steeds vol vuur! Dat is een wonder en een troost.
Mooi geschreven! In gebed bij jullie allemaal!
Beste broeder Mark-Jan, wat mooi geschreven, het raakte me. Ik heb je vader in onze gemeente PGM leren kennen. Ik heb gemerkt dat hij een nederige, vurige en liefdevolle dienaar van God is. Als hij het woord bracht, laat hij een traantje gaan en moest hij even slikken want hij is zo van de vol van de Heilige Geest. Ik heb genoten van zijn preken over de liefde van de Here Jezus. Ik blijf voor hem en de hele familie bidden, want niets is onmogelijk voor onze Hemelse Vader. Jozua 1:9 Wees sterk en moedig, sidder niet en wordt niet verschrikt, want de HERE, uw God, is met u, overal waar gij gaat. Ik wil je de hartelijke groeten meegeven aan je geliefde vader en de hele familie. Heel veel liefs en hugs van Consuelo Vorst-Angelina
Dank je wel, Consuelo. Hoewel wij elkaar niet kennen, ken jij mijn ouders blijkbaar wel. Ik heb je mooie woorden aan hen doorgeven.
Mark,
Mooie woorden, maar wat een vervelend bericht! Veel sterkte toegewenst voor jou en je hele familie.
Ik weet hoe het is om geen afscheid te kunnen nemen van iemand die je dierbaar is.
Geniet van elkaar zolang dat nog kan!
Sterkte ook voor je vader en moeder.
Groet,
Bas
Dank je wel, Bas. We hebben afgelopen week zelfs nog over jullie verlies gesproken. Dit is blijkbaar de tijd dat die herinneringen terugkomen.
Een verstikte traan, na het lezen van dit bericht,
Een verstikte traan, wanneer wij vorige week, als team bij elkaar werden geroepen.
Een verstikte traan….niet hoorbaar maar oh zo voelbaar.
Een verstikte traan, op hoop en vertrouwen.
Een verstikte traan in dit schrijven…verstikt van verdriet, ongeloof en toch ook berusting.
Een verstikte traan….er is meer, geloof en inderdaad het vertrouwen in wat gaat komen.
Een verstikte traan.
Een verstikte traan, want ondanks alles voelt het als een zee van verstikte tranen….
Sterkte voor jullie als gezin.
Lieve groet aan je vader en moeder,
En dit alles is door mij geschreven met een ” verstikte traan”
Anneke Ockels