Zoals de wind waait


“Hoe staat de wind, jongen?”
“Geen idee, pap. Ik denk zuidwest maar ik weet het niet zeker.”
“Wat doen we? Waar gaan we heen?”
“Ik stap nu op de fiets. We ontmoeten elkaar halverwege. Daar zien we wel verder.”
“Dat is goed. Ik zie je zo.”


Zo begonnen vaak de vele fietstochten die ik met mijn vader heb gemaakt, waarbij wij samen honderden kilometers hebben afgelegd. Herinneringen van onschatbare waarde, waarvan het er nu op lijkt dat het altijd herinneringen zullen blijven. Wie had dat kunnen denken op onze laatste tocht. Duiven wind

Zoals de lage herfstzon de wereld een heel andere aanblik geeft dan de felle zomerzon, zo komt alles er in de schaduw van de dood anders uit te zien. Deze gedachte overviel mij toen ik uit het raam van mijn lokaal keek naar de azuurblauwe lucht waaruit zomaar een koppel duiven naar beneden duikelde, terwijl op de achtergrond een vliegtuig langzaam en blinkend in het zonlicht voorbij gleed. Die kleine, aardse indrukken die plotseling onmogelijk groot worden, omdat mijn vader ze straks nooit meer zal opdoen. Stel je voor, nooit meer met je blote voeten in de ruisende branding van de Noordzee staan. Nooit meer ’s avonds uit het keukenraam staren naar de kale takken die in het licht van de lantaarnpaal glimmen van de regen, heen en weer wuivend in de avondwind. Nooit meer de zuivere tonen van een piano horen, zo breekbaar en scherp als ijskristallen. Nooit meer dat intense geluk beleven wanneer je in je vrouw vindt waar je als man zo naar hunkert. Nooit meer elkaar bellen om alleen maar te spreken over de richting van de wind.


“Hoe staat de wind, jongen?”
“Geen idee, pap. Sinds u ziek bent, lijkt het windstil te zijn.”
Even zijn we stil, alsof we ons afvragen wat we nu moeten doen.
“Het is alsof de Here God Zijn adem inhoudt,” zeg ik peinzend. “Maar zo bijzonder bent u natuurlijk ook weer niet,” voeg ik er snel aan toe.
We lachen samen.
“Nou, dat weet ik nog zo net niet, jongen,” zegt mijn vader dan ernstig.


Zo zou een gesprek tussen ons in deze dagen kunnen gaan. We proberen de betekenis van het leven en de dood te wegen om lijden en genezing, rusten en geloven een plek te geven. Daarbij zoeken we naar diepe waarheden in Gods Woord maar kijken ook naar alledaagse gebeurtenissen en toevalligheden. Sinds ik weet dat mijn vader stervende is, doen zich opeens merkwaardige gevallen van serendipiteit voor. Dat zal iedereen in zo’n situatie overkomen, verwacht ik, en eerlijk gezegd hecht ik er zelf geen waarde aan. Ik geloof namelijk dat onze tijden in de hand van God zijn. Als omstandigheden toch samenvallen, zie ik dat hoogstens als een bewijs van dit geloof.

Zo’n ‘toevallige’ omstandigheid is de publicatiedatum van mijn vorige bericht, precies (op de dag af!) drie jaar na mijn bericht over de bijzondere vriendschap tussen vader en zoon. Voor mij persoonlijk is dit wel een waardevolle ‘toevalligheid’, want mijn vader is vooral ook mijn vriend. Niet alleen nu, in de schemering van de dood, maar ook al in het volle licht van het leven, heb ik dit besef gekoesterd. De vriendschap tussen vader en zoon is namelijk van een buitengewone orde en de liefde tussen een vader en zijn zoon is van God gegeven.

Mijn vader is een prediker en over één onderwerp raakt hij nooit uitgesproken: de grote vreugde die God de Vader vindt in Zijn Zoon, de Heer Jezus. Ik heb onlangs nog het genoegen gehad om bij één van de laatste preken van mijn vader aanwezig te zijn. Het was, zoals ik later tegen mijn broer zei, alsof ik een uur lang één-op-één met de Heer Jezus was geweest. Mijn vader had over de bijzondere relatie tussen de Vader en de Zoon gesproken en opnieuw had het hem tot tranen toe geraakt. Het meest indrukwekkende van deze boodschap is dat God ons wil opnemen in deze relatie en dat God de Vader dan naar ons kijkt zoals Hij naar Zijn Zoon kijkt. Dit is misschien wel het meest waardevolle wat mijn vader ons heeft geleerd. Het zou inderdaad zomaar kunnen dat de Here God op dit moment Zijn adem inhoudt, want de aanstaande dood van Zijn gunstgenoot is kostbaar in Zijn ogen. Wat een rust ligt hierin en wat een wonder kan hieruit voortkomen.


“Hoe staat de wind, jongen?”
“Geen idee, pap. Maar ik was er vanmorgen bij toen u het bericht van de arts hoorde. Ik denk dat hij aanzwelt en hemelwaarts gaat.”
Even zijn we stil om de woorden de kans te geven neer te dwarrelen.
“Het is goed, jongen.”


8 comments

  1. Prachtige woorden, geschreven met een bijzondere gedachte, namelijk herinnering. Ik zit even in het nu, realiserend dat het straks wind stil kan zijn..

    Warme Groet, Anneke

  2. Dank zij een tip van tante Nel, heb ik dit indrukwekkende stukje mogen lezen: “Hoe staat de wind, jongen”
    Ik hoor het je vader zeggen. Af en toe schiet ik even vol in het besef dat onze hemelse Vader hem Thuis haalt op Zijn tijd. Oom Henk Langeveld Doetinchem

  3. Woorden uit het hart geschreven. Voor de lezer zo ontroerend, voor de schrijver een heel leven….
    Weet je gesteund door gebed.

    1. Hoi Siham. Leuk dat je reageert. Misschien wil jij hem wel weer voorlezen. Dat ging vandaag namelijk heel goed.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s